De Zondvloed deel 2. Natuurlijk was de echte zondvloed niet als een theaterstuk in delen opgehakt, maar we houden de menselijke indeling van de Bijbel aan, dus gaat de totale zondvloed uit 4 delen bestaan. Hoofdstuk 6, 7, 8 en een deel van 9 (Gen. 6:5 – Gen. 9:7). Vandaag het vervelendste deel van De Zondvloed: De vernietiging.
De laatste voorbereidingen
In Gen. 7:1 krijgt Noach de opdracht om ‘met zijn gehele huis, de Ark in te gaan. Dat waren dus 8 mensen. Noach met zijn vrouw en zijn drie zonen met hun vrouwen. De reden dat Noach gered wordt geeft God ook nog een keer.
want u heb Ik in dit geslacht voor mijn aangezicht rechtvaardig bevonden.
We moeten hierbij niet vergeten dat Noach al ergens tussen de 80 en 100 jaar aan de Ark aan het bouwen was geweest. Gezien de afmetingen en de gereedschappen die men destijds had was dat natuurlijk ook een ‘heidense klus’. Hij had geen gereedschap op stroom of benzine. Elke boom moest met de hand geveld worden. Daarna moesten er met de hand planken van gemaakt worden, spanten, dakdelen. Het pek moest met de hand gewonnen worden en daarna op die enorme oppervlakte van binnen en van buiten met de hand worden aangebracht.
Mag ik aannemen dat Noach, naast zijn eigen familie, weinig hulp kreeg? Je ziet het in films, maar ik kan er zo gauw geen Bijbelse grond voor vinden. In films zie je hoe Noach uitgejouwd en belachelijk wordt gemaakt. Het ligt voor de hand. Lot leed als rechtvaardige dagelijks onder de verdorvenheid van zijn stadsgenoten. Oprechte gelovigen treft nog steeds dit lot, ook steeds vaker in het “vrije westen”. Israël, Gods oogappel, komt in een vijandige wereld steeds meer alleen te staan.
Noach krijgt nog zeven dagen de tijd om zijn laatste dingen op orde te maken. (Gen. 7:4) En Noach was gehoorzaam (Gen. 7:5)
Zouden wij daar niet een les uit moeten trekken? Moeten wij niet eens wat gehoorzamer worden? Natuurlijk had Noach het “voordeel” dat zijn leven, en dat van zijn directe familie, er van afhing en bij ons loopt dat zo’n vaart niet, dus verslappen wij steeds weer. Herkenbaar? We geven zo makkelijk prioriteit aan de dingen van de wereld. Aan dingen die we ook “moeten” doen. En die moeten we ook doen, leert de Bijbel, maar doen we ze altijd ‘als voor de Here?’ Of is het toch ons eigenbelang wat ingrijpt? En hoeveel tijd besteden we aan dingen die eigenlijk totaal nutteloos zijn? Of eigenlijk niet relevant? Die ons van ons doel, van onze roeping afleiden en alleen ter bevrediging van ons eigen vlees zijn?
De Zondvloed
In Gen. 7:6 is het dan eindelijk zo ver. Jaren nadat Noach was begonnen aan de bouw van de Ark kwam de voorspelde zondvloed. Veel mensen uit de wereld geloofden er al lang niet meer in en leefden hun leven in verdorvenheid.
Is dat ook niet wat we vandaag de dag zien? Zelfs binnen het christendom zijn er die zeggen dat de Here niet meer terugkomt, of dat Hij al geweest zou zijn! Net zoals de mensen toen op de proef werden gesteld, worden wij dat ook, maar we moeten vasthouden dat Gods beloften altijd uitkomen. Niet altijd op onze tijd, meestal niet op onze tijd, vaak niet op de manier die wij bedacht hadden, maar uitkomen doen ze!
Net zoals steeds meer christenen het gevoel krijgen “alleen” te staan, zal Noach iets dergelijks ervaren hebben. Met 8 personen tegen de rest van de wereld. Hoe zijn zo vasthoudend bleef weten we niet. Of hij er af en toe het bijltje bij neer wilde gooien weten we niet. Of God hem steeds weer bemoedigde, weten we niet. Het staat allemaal niet beschreven, maar het kan natuurlijk heel goed zo zijn dat God hem niet bemoedigde maar zijn geloof testte, zoals wij dat ook kennen. Abraham hoorde God ook maar een paar keer in heel zijn leven!
Genesis 1 & 2
Noach en zijn familie gingen als eerste de Ark in. Er was dus nog geen dier gekomen. Pas in Gen. 7:8 en 9 staat beschreven dat de dieren kwamen. En in Gen. 7:10 kwam de vloed. In Gen. 7:11 lezen we dat Noach 600 was, dus zijn drie zonen waren 99 of 100 jaar oud!
U zult wel denken waarom ik dit stukje Genesis 1 & 2 heb genoemd, maar wat er nu gebeurd is vergelijkbaar met Genesis 1 & 2 en komt vaker voor in de Bijbel. Na de korte, algemene beschrijving van de gebeurtenissen rond de start van de zondvloed volgt er nu een meer gedetailleerde beschrijving in de verzen 13 t/m 17.
Het wassende water
Spontaan moest ik aan de titel van een boek denken wat de gebeurtenissen van de watersnoodramp uit 1953 beschrijft. In feite is dat wel enigszins vergelijkbaar, zij het dat de zondvloed natuurlijk wereldwijd was, dus een veel grotere impact heeft gehad. De watersnoodramp van 1953 was “peanuts”, hoe dramatisch ook voor de direct betrokkenen.
In Gen. 7:16 lezen we dat de Here de regie voerde, want de Here sloot de deur achter de laatste dieren die de Ark in gingen. Wat bijzondere gebeurtenis moet dat geweest zijn. Een kleine afspiegeling van het paradijs zoals het geweest is en straks in het Duizendjarig Vrederijk weer zal zijn. De leeuw die naast een lam ligt. Een kind wat speelt met adders. Nu nog onvoorstelbaar.
Maar zoals mensen in nood soms een mentale verandering ondergaan, zoals we wel vaker roofdieren andere dieren zien helpen, is dat toch wel het bewijs dat deze situatie allesbehalve onmogelijk is geweest.
Critici claimen dat pinguïns nooit op de Ark kunnen zijn geweest omdat zij niet van Antarctica naar het Midden-Oosten kunnen lopen. Dat is een erg kortzichtige reactie, want pinguïns zijn prima zwemmers, dus lopen is noodzakelijk vereist. Daarna moet je niet vergeten dat de Ark al 80 – 100 jaar in aanbouw was, dus ze hadden even de tijd om die kant op te trekken.
Maar belangrijkste reden is misschien wel dat pinguïns afstammen van andere dieren die wel voorkwamen in het Midden-Oosten en die dus wel in de buurt van Ark waren, net zoals ijsberen van gewone beren afstammen en we weten dat beren voorkomen in het Midden-Oosten. Ja, ik geef toe dat mijn biologische kennis op dit gebied tekort schiet en dat ik geen tijd heb genomen om dit uit te zoeken.
Als God iets doet…
Dan doet Hij het ook grondig! In Gen. 7:17-23 lezen we het trieste verslag hoe alle op het droge levende mensen en dieren worden vernietigd. Alleen alle waterdieren bleven dus over, naast de mensen en dieren in de Ark.
In Gen. 7:20 lezen we dat het water 15 el, of 7 meter, boven de hoogste bergtoppen stond. Dan kun je er wel met zekerheid van uitgaan dat niets en niemand dat kan overleven. Helemaal niet als deze toestand ook nog eens honderdvijftig dagen lang duurt (Gen. 7:24). Al zou je als mens een boomstam hebben gevonden om je drijvend aan vast te houden, na 150 dagen ben je hoogstwaarschijnlijk verhongerd of door haaien opgegeten.
Als God iets doet, doet Hij het grondig! Dit stukje overdenkend krijg ik diep respect voor God. Enerzijds komt Hij de mens in al zijn zwakheid tegemoet. Voor Adam & Eva maakte Hij kleding door het eerste bloedoffer. In heel de Bijbel zien we dat God mensen in hun zwakheid tegemoet komt en niet direct veroordeeld.
Maar aan de andere kant zien we ook deze kant van God. Als de maat vol is, dan is de maat ook vol. Maar dat gaat ook altijd over de mensheid in zijn geheel. Dat zien we bij dit stuk over de Zondvloed. Straks bij Sodom & Gomorra, slechts relatief kort na de zondvloed, maar ook in het ultieme offer van de Here Jezus! Hij stierf voor al onze zonden aan het Kruis, om de weg naar de Vader weer vrij te maken.
Enerzijds voor jou en mij persoonlijk, maar Hij deed het voor de hele wereld, niet voor één specifiek persoon! Tegen de overspelige vrouw zei Hij bijvoorbeeld dat Hij haar niet zou veroordelen, maar Hij waarschuwde haar wel gelijk dat ze niet meer moest zondigen. Hoe vaak heeft een man als David die waarschuwing niet gehad? David werd niet ter dood veroordeeld, maar hij mocht de Tempel niet bouwen. Dat zou zijn zoon doen.
Laten we beseffen dat Gods oordeel straks nog een keer over de aarde komt. De Grote Verdrukking zie je langzaam maar zeker meer vorm krijgen. De voorbereidingen zijn in volle gang! Net zoals de mensen 80 – 100 jaar lang zagen hoe de Ark stapje voor stapje verder af werd gebouwd, en zij dus letterlijk zagen hoe de voorbereidingen in volle gang waren, kunnen wij dit nu ook zien! Maar de mensen kozen er voor om hun ogen te sluiten.
Wat doen wij? Hebben wij onze ogen open en zien we de tekenen van de tijd die door de profeten en de Here Jezus zijn voorzegd? Of sluiten we onze ogen en gaan we onze eigen weg?
Waar ik steeds aan moet denken is een tekst uit een liedje.
Tomorrow is not promised to me or to you – T-Bone
https://www.youtube.com/watch?v=t1zpHnQ44TQ
Het is dus belangrijk om vandaag de keuze te maken wie u wilt dienen, maar…
Maar indien het kwaad is in uw ogen, de HERE te dienen, kiest dan heden, wie gij dienen zult: of de goden die uw vaderen aan de overzijde der Rivier gediend hebben, of de goden der Amorieten, in wier land gij woont. Maar ik en mijn huis, wij zullen de HERE dienen!
Jozua 24:15
Deze woorden zijn dus niet van Noach, maar ik denk dat hij ze van harte zou onderschrijven…
Nog geen reacties