De tekst “God heeft u gezegend” (yevarekhekha Hashem) komt dertien keer in de Bijbel voor en staan in de context van mensen die zich moreel goed gedragen, die aan anderen geven van de vrucht van hun inspanningen, mensen die in het Heilige land verblijven en degenen die hen steunen.
De priesterlijke zegen
De HERE zegene u en behoede u; de HERE doe zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig; de HERE verheffe zijn aangezicht over u en geve u vrede.
Numeri 6:24-26
De zegen in Sion
Wanneer de weg voor u te lang zou zijn, zodat gij ze niet zoudt kunnen vervoeren, omdat de plaats die de HERE, uw God, verkiezen zal om daar zijn naam te vestigen, te ver van u verwijderd is, wanneer de HERE, uw God, u gezegend heeft, dan zult gij ze te gelde maken en dat geld bij u steken en naar de plaats gaan, die de HERE, uw God, verkiezen zal
Deuteronomium 14:24, 25
De zegen voor de behoeftigen
dan zullen de Leviet, omdat hij bezit noch erfdeel met u heeft, en de vreemdeling, de wees en de weduwe, die binnen uw poorten wonen, komen en eten en zich verzadigen, opdat de HERE, uw God, u zegene in al het werk, dat uw hand doet.
Deuteronomium 14:29
De zegen van het Heilige Land
Er zal echter geen arme onder u zijn, want de HERE zal u gewis zegenen in het land, dat de HERE, uw God, u als erfdeel in bezit zal geven
Deuteronomium 15:4
De zegen van een goed hart
Gij zult hem met mildheid geven en uw hart zal niet verdrietig zijn, wanneer gij hem geeft, want ter wille daarvan zal de HERE, uw God, u zegenen in al uw werk en in alles wat gij onderneemt.
Deuteronomium 15:10
De zegen van geven
Dan zult gij het feest der weken vieren ter ere van de HERE, uw God, naar de mate van de gaven, die gij vrijwillig geven zult, naar dat de HERE, uw God, u gezegend heeft;
Deuteronomium 16:10
De zegen van de feesten
Zeven dagen zult gij feest vieren ter ere van de HERE, uw God, op de plaats die de HERE verkiezen zal; want de HERE, uw God, zal u zegenen in heel uw oogst en in al het werk uwer handen, zodat gij waarlijk vrolijk kunt zijn.
Deuteronomium 16:15
De zegen van bezit – de zegen van handel
Van uw broeder zult gij geen rente nemen, opdat de HERE, uw God, u zegene in alles wat gij onderneemt in het land, dat gij in bezit gaat nemen.
Deuteronomium 23:20
De zegen van vrijgevigheid
Wanneer gij de oogst op uw akker binnenhaalt en een garve op de akker vergeet, dan zult gij niet teruggaan om die weg te halen; voor de vreemdeling, de wees en de weduwe zal die zijn, opdat de HERE, uw God, u zegene in al het werk uwer handen.
Deuteronomium 24:19
De zegen van de terugkeer naar Judea
Wederom zal men dit woord zeggen in het land van Juda en in zijn steden, wanneer Ik een keer heb gebracht in hun lot: De HERE zegene u, rechtvaardige woonstede, heilige berg!
Jeremia 31:23
De zegen van Jeruzalem
Zie, zo zal de man gezegend worden, die de HERE vreest. De HERE zegene u uit Sion, opdat gij het goede van Jeruzalem moogt zien al uw levensdagen,
Psalm 128:4, 5
De zegen van de dienaren van God
Komt, prijst de HERE, alle gij knechten des HEREN, die des nachts in het huis des HEREN staat. Heft uw handen op naar het heiligdom en prijst de HERE. De HERE zegene u uit Sion, Hij, die hemel en aarde gemaakt heeft.
Psalm 134
De zegen van hen die zwoegen
en hij zeide tot de maaiers: De HERE zij met u! Zij zeiden tot hem: De HERE zegene u!
Ruth 2:4
Bron: Lev Haolam
Nog geen reacties