Kenmerken van een valse leraar
- Het zijn roofgierige wolven (Matt. 7:15-16)
- Het zijn werkers der wetteloosheid (Matt. 7:22-23)
- Het zijn hypocrieten (Matt. 15:7-9)
- Het zijn dieven (Joh. 10:1)
- Zij zijn slaaf van hun eigen begeerte (Rom. 16:18)
- Het zijn vleselijke mannen (1 Cor. 3:1-4)
- Zij zijn uitbaters van het Woord van Christus (2 Cor. 2:17)
- Het zijn vervloekten (Gal. 1:6-8)
- Het zijn valsen en konkelaars (Ef. 4:14)
- Het zijn verleiders (Ef. 4:14)
- Het zijn misleiders (Col. 2:8)
- Het zijn zwendelaars (Col. 2:18-19)
- Het zijn leraars van een vreemde leer (1 Tim. 1:3)
- Het zijn godslasteraars, en overgeleverd aan satan (1 Tim. 1:19-20)
- Het zijn leraars van mythes (verdichtsels) (2 Tim. 4:3-4)
- Ze geven aandacht aan dwaalgeesten en leringen van demonen (1 Tim. 4:1-3)
- Het zijn leugenaars (1 Tim. 4:1-3)
- Ze zijn opgeblazen en weten niets (1 Tim. 6:3-4)
- Zij zijn het spoor des geloofs bijster geraakt (1 Tim. 6:20-21)
- Het zijn slechte mensen, zij verleiden en worden verleid (2 Tim. 3:13)
- Het zijn ijdele praters, uit op oneerlijke winst (Titus 1:10-11)
- Zij keren zich van de waarheid af (Titus 1:13-14)
- Het zijn valse profeten, valse leraars, hebzuchtige uitbaters (2 Pet. 2:1-4)
- Zij zijn vlekken en smetten, hebzuchtig, liefhebbers van het loon der ongerechtigheid (2 Pet. 2:13-15)
- Zij zijn slaven des verderfs (2 Peter 2:19-20)
- Het zijn goddelozen (Jude 4)
- Het zijn weerspannige mensen (Isaiah 30:9)
Nog geen reacties